Hannah Arendt, Zorg om de wereld
Filosofie is letterlijk liefde voor wijsheid of sterker uitgedrukt; begeerte naar wijsheid. Deze menselijke aandrift komt niet alleen voort uit het mooie in de wereld. Integendeel misschien zijn het wel juist de gruwelijkheden waarmee wij mensen geconfronteerd worden die ons laten hunkeren naar wijsheid. Wijsheid om te begrijpen wat ons mensen bezield en wijsheid om te kunnen ontdekken hoe we meer kunnen zijn dan ondergeschikten van het lot.
Hannah Arendt joods filosofe (1906-1975) schreef haar boeken vanuit de gedachte dat we moeten begrijpen wat het menselijke van de mens is. Zelf slachtoffer van het nazisme komt haar behoefte aan begrijpen niet voort uit een academische interesse, maar is het een gevolg van de geschiedenis. De geschiedenis heeft ons laten zien wat er gebeurt als we niet met onze menselijke vermogens om leren gaan en Hannah Arendt heeft daarvan de gevolgen aan den lijve ondervonden.
Het mens-zijn van de mens is volgens Arendt niet een onvervreemdbaar gegeven dat bij de zoogdier mens hoort, zoals de strepen bij de tijger. Het mens-zijn is iets wat wij kunnen verwerven, maar ook kunnen kwijtraken. Ze verhoudt zich in die zin kritisch ten opzichte van de mens. Ze is niet een filosoof die gelooft in de goedheid van de mens zonder meer, ze gelooft echter wel in de mogelijkheid die ieder mens heeft om iets toe te voegen aan de wereld. Daarmee geeft ze echter ook aan dat met die mogelijkheden van de mens ook een verantwoordelijkheid gepaard gaat. Je bent niet van nature goed omdat je mens bent. Het is een daad om de verantwoordelijkheid die het gevolg is van je menszijn op je te nemen en om actief het goede na te streven. En zij gaat daarin nog verder; doe je dat niet dan voeg je kwaad toe aan de wereld. Kwaad is in de ogen van Arendt gedachteloosheid!
Er is bij Arendt een doorleefd ervaren van het menselijk kwaad. Maar desondanks is er ook een grenzeloos optimisme ten aanzien van de mogelijkheid van ieder individu om de wereld te veranderen ten goede. Getuige het volgende citaat;
‘Het nieuwe gebeurt altijd tegen het overweldigende getuigenis in van statistische wetten en hun waarschijnlijkheidsrekening, die voor alle praktische, alledaagse doeleinden neerkomt op zekerheid, de verschijning van het nieuwe heeft daarom altijd iets van een wonder. Het feit dat de mens in staat is tot handelen, betekent dat het onverwachte van hem kan worden verwacht, dat hij kan waarmaken wat in de hoogste mate onwaarschijnlijk is. En dit weer is slechts mogelijk omdat ieder mens uniek is, zodat er met iedere geboorte iets in de wereld komt dat op unieke wijze nieuw is. Met betrekking tot deze iemand die uniek is, kan in waarheid worden gezegd: daar was niemand voordien. (Arendt, De vita activa, 1958: 177)
Dat klinkt al snel als een dooddoener in de orde van vandaag is het begin van de rest van je leven. Maar uit de mond van iemand die heeft moeten vluchtten en die geleden heeft onder het verraad van haar directe omgeving als Joodse vrouw in het Duitsland van de tweede wereldoorlog is het geen gemakkelijke uitspraak, maar een weloverwogen mening gebaseerd op ervaringen die weinigen kunnen navoelen.
In vier dagdelen willen we u kennis laten maken met de belangrijkste filosofische begrippen uit het denken van Arendt. De nadruk zal daarbij liggen op wat wij mensen doen. Voor Arendt gaat filosofie altijd een relatie aan met de concrete menselijke werkelijkheid, doet zij dat niet dan is denken een gevaarlijke exercitie. Arendt is een denker een intellectueel, maar zij ziet het ontsporen van de intellectuele voorhoede in Duitsland en met name de rol van Heidegger, als een afschrikwekkend voorbeeld van wat er kan gebeuren als denken zich los maakt van de wereld en de mensen.
In de vier dagdelen zal ruimte zijn voor het met elkaar in dialoog gaan over de inhoud en de waarde van het denken van Arendt in de wereld van vandaag de dag.